Deel 2: De zaak eenvoudig gemaakt
Want er is niets verborgen wat niet geopenbaard zal worden; en er is niets gebeurd om verborgen te blijven, maar opdat het in het openbaar zou komen.
Markus 4:22
Wanneer een Nederlandse Gemeente een onderzoek start om het recht op bijstand te controleren, dan is er sprake van een bepaalde bewijslast en een aantal acties die zij uit moeten voeren. In ons specifieke geval claimde de Gemeente Dordrecht een onderzoek te zijn begonnen om het recht op bijstand te controleren en om te controleren of er fraude had plaatsgevonden. Wanneer een Gemeente een dergelijk onderzoek verricht, dan hebben zij de mogelijkheid tot en zijn zij verplicht om (minimaal een aantal van) de volgende acties uit te voeren:
- Controleren van onze persoonlijke financiën;
- Controleren van onze bankafschriften;
- Controleren van onze telefoongegevens;
- Controleren van onze OV-chipkaartgegevens;
- Controleren van onze gas, water, licht gegevens/facturen;
- Het uitvoeren van een huiszoeking;
- Het uitvoeren van een buurtonderzoek;
- Het uitvoeren van observaties (bespioneren van) al onze dagelijkse activiteiten;
- Ons uitnodigen voor een gesprek;
- Het uitvoeren van een verhoor.
In de zaak Robin en Esther Prijs versus de Gemeente Dordrecht heeft de gemeente NOOIT onze persoonlijke financiën gecontroleerd, NOOIT onze bankafschriften gecontroleerd, NOOIT onze telefoongegevens gecontroleerd, NOOIT onze OV-chipkaartgegevens gecontroleerd en NOOIT onze gas-, water en lichtgegevens en facturen gecontroleerd. Zij hebben deze gegevens zelfs niet eens opgevraagd. Ze hebben NOOIT een huiszoeking verricht, NOOIT een buurtonderzoek uitgevoerd, NOOIT een observatie gedaan, ons NOOIT uitgenodigd voor een gesprek en ons al helemaal NOOIT verhoord.
In plaats daarvan misbruikten zij hun gezag om een illegaal en onwettig onderzoek te starten naar deze bediening, zonder enige reden of aanleiding, terwijl wij onder druk werden gezet om de jaarcijfers te overhandigen, maar ook om alle persoonsgegevens te overhandigen van alle betrokken mensen, van iedereen die een gift aan de bediening heeft gegeven en van iedereen aan wie de bediening een gift heeft gegeven (financieel of materieel). Ons aanbod om hen enkel de jaarcijfers te overhandigen, zonder persoonsgegevens van derden bekend te maken, werd keer op keer afgewezen en geïnterpreteerd als een weigering om mee te werken met het onderzoek.
Door geen onderzoek naar ons persoonlijk uit te voeren en ons niet te horen, heeft de Gemeente Dordrecht de wettelijke hoorplicht (Artikel 7:2, AWB) overtreden. Door bestuursleden van deze bediening onder druk te zetten om op die wijze illegaal toegang te verkrijgen tot financiële en persoonlijke informatie v.w.b. deze bediening, heeft de Gemeente Dordrecht het strafrecht overtreden (Artikel 365, Wetboek van Strafrecht).
De normale gang van zaken is dat een persoonlijk onderzoek uitgevoerd wordt. Als de uitkomst van zo’n onderzoek illegale activiteiten aantoont of een gerede twijfel doet ontstaan, dan kan er verdere actie worden ondernomen. Wanneer het echter geen privépersoon betreft maar een rechtspersoon zonder banden met de gemeente, zoals hier het geval is, dan moet de zaak worden overgedragen aan het Openbaar Ministerie (Artikel 3, 297, BW2). In een zaak zoals deze is er geen enkele wet die een gemeente het gezag geeft om zover te gaan als men hier gegaan is. Daarom is er hier sprake van misbruik van gezag, waarvan het bestuur ook nog aangifte gaat doen.
In een normaal geval, de lijn van de wet volgend, zou het OM betrokken moeten worden. Zij mogen volgens de wet de financiële gegeven, de jaarcijfers en de persoonlijke gegevens van alle betrokken mensen opvragen. Toch is een rechtspersoon dan nog steeds niet verplicht om daar gehoor aan te geven. Als het OM hun verzoek wil afdwingen, dan moeten zij dat verzoek eerst aan een rechter voorleggen. Voordat een rechter een dergelijk verzoek goedkeurt, moet men eerst aantonen dat er op z’n minst sprake is van gerede verdenking. Alleen wanneer een rechter een gerechtelijk bevel ondertekend kan het verzoek worden afgedwongen. Dat is de bescherming die de wet biedt tegen machtshongerige gemeenteambtenaren van o.a. de Gemeente Dordrecht, die nog steeds zonder bewijs of gerede verdenking tegen ons handelen.
Aangezien de wet gemeenteambtenaren geen gezag toekent om een onderzoek te starten naar deze bediening, erkende en erkent het bestuur hun gezag ook niet. De reactie van het bestuur is altijd geweest: Handel in lijn met de wet en u heeft onze volledige medewerking. Het verzoek om alle persoonlijke (contact)gegevens van alle betrokkenen was zeer zeker een brug te ver, waarmee wij tevens de Europese privacywetgeving zouden hebben geschonden. Op diverse momenten heeft het bestuur de Gemeente Dordrecht uitgenodigd om de zaak over te dragen aan het wettelijk aangestelde onderzoeksorgaan, namelijk het OM. Als bestuur van deze bediening hebben wij hen zelfs medegedeeld dat wij vrijwillig mee zouden werken aan een dergelijk onderzoek, zonder dat daarvoor een gerechtelijk bevel nodig is. Wanneer tenslotte blijkt dat er sprake is van illegale activiteiten, dan komt de zaak daar uiteindelijk toch terecht en wij hebben niets te verbergen. De Gemeente Dordrecht heeft dit verzoek echter keer op keer afgewezen en koos ervoor om door te blijven gaan met hun illegale wanpraktijken.
Hoewel wij het niet eens waren met hun verzoek om persoonsgegevens van alle betrokkenen, hebben wij hen wel de jaarcijfers van de afgelopen jaren overhandigd, binnen de gestelde termijn, als een teken van goede wil. Aangezien zij om zo vreselijk veel stukken vroegen, hebben wij dit digitaal aan hen aangeleverd, door hen een link te geven naar de cloud opslag van de stichting, waar de gevraagde stukken zich bevonden. Wat volgde was stilte. Nadat de reactietermijn was verstreken en nadat wij navraag hadden gedaan naar de status, lieten zij ons pas weten dat zij de documenten niet op de juiste manier hadden ontvangen. Nee, zij gingen niet naar onze cloudopslag toe. Wij moesten iedere bladzijde uitprinten en fysiek bij hen afleveren. Wat zij ons dus na de reactietermijn lieten weten, waardoor wij in gebreke werden gesteld. Maar zelfs nadat wij hen alles (ongeveer 1800 pagina’s) op papier hadden aangeleverd deden ze er nog steeds niets mee. Nee, nu moest het weer uitgeprint worden aangeleverd op briefpapier van een accountantskantoor. Ter verduidelijking, het prijskaartje wat aan dat verzoek hangt bedraagt enkele duizenden euro’s, een bedrag dat noch de stichting noch wij persoonlijk hadden. De ‘handhaver’ vertelde ons dat er “in Amerika ook mensen zoals jij in privévliegtuigen vliegen”, en dus moest er wel iets te vinden zijn. Waar hij op doelde waren de Christelijke leiders, want dat is kennelijk hun beeld van het Christendom. Over vooringenomenheid gesproken… Wat wij hen ook overhandigden, ze vroegen altijd weer meer. Ondertussen deden ze niets met de aangeleverde stukken en derhalve is het onderzoek naar onze bediening nooit opgestart of afgerond.
In de rechtszaal merkte de rechter hetzelfde op en vroeg de Gemeente Dordrecht wanneer het nu genoeg was volgens hen. Zij antwoorden de rechter met: “Dat weten we niet.” Maar toen werd de aandacht naar de meldingsplicht gebogen. Wanneer je een bijstandsuitkering ontvangt dan ben je verplicht om al je activiteiten te melden, wat ook precies was wat wij hebben gedaan. In de rechtszaal hoorde ik de Gemeente Dordrecht echter opeens beweren dat zij nooit enig bericht van mij zouden hebben ontvangen en dat ik niets had gemeld. Toen ik probeerde om de rechter de kopieën van alle emailberichten te laten zien, inclusief de ontvangstbevestigingen van de Gemeente Dordrecht, hoorden wij hen plotseling beweren dat ik die e-mails vervalst zou hebben. Tot onze grote verbazing nam niemand de moeite om er ook maar naar te kijken en oordeelde de rechter dat hij niet kon vaststellen of de e-mails echt waren of niet, waarna hij ons in het ongelijk stelde.
Wanneer je goed opgelet hebt, dan kun je duidelijk zien dat het oordeel van de rechtbank gedaan is zonder enig onderzoek. Een onderzoek naar mijn vrouw en mij persoonlijk is nooit uitgevoerd, een onderzoek naar onze bediening is nooit uitgevoerd of afgerond, ons feitelijk en tastbaar bewijs werd van tafel geveegd en de aannames van de Gemeente Dordrecht, zonder enige onderbouwing, werden klakkeloos door de rechtspraak overgenomen en geaccepteerd als de waarheid. En de kers op de taart? De bediening (in de vorm van een stichting, derhalve een rechtspersoon) is nooit een partij gemaakt in deze zaak en had dus ook niet het recht om zichzelf te verdedigen in de rechtszaal. En dat gebeurt allemaal in het land dat gastland is voor het Internationaal Strafhof.